Dieren ( 4 ) Classificatie
Wetenschappers hebben inmiddels ca 2 miljoen dieren beschreven. Maar er leven mogelijk wel 30 miljoen diersoorten op aarde. Er komt dus voorlopig geen einde aan het ontdekken van nieuwe diersoorten. Om in deze gigantische diversiteit te worden maakt de wetenschap gebruik van een formeel classificatiesysteem, waarin alle levende en uitgestorven levensvormen van een naam worden voorzien en in groepen (taxa) worden ingedeeld. Elk dier krijgt zijn eigen, unike soortnaam en wordt toeggedeeld aan de groep met de soort waarmee hij het nauwst verwant is, te oordelen naar zijn ontwikkelingstrap in de evolutie.
Grondslagen van de classificatie.
Het huidige systeem van classificate (op deze site toegepast) dateert al uit de achtiende eeuw, en berust op het werk van Carl Linnaeus. Linnaeus ontwierp een systeem waarbij elk organisme wordt geidentificeerd met een tweeledige (binaire) wetenschappelijke naam, geschreven in het Latijn. De wetenschappelijke naam is opgebouwd uit een geslachtsnaam en de eigenlijke soortnaam.Misschien omslachtig, maar dit heeft twee belangrijke voordelen. Wetenschappelijke namen kunnen overal in de wereld worden begrepen, wat met volksnamen niet het geval is. En gelijk is aan de naam te zien waar de soort in het natuurlijke systeem thuishoort.

Taxonomie opbouw dierenrijk (afbeelding overgenomen van Wikipedia).
												De biologische indeling (taxonomie) houdt zich bezig met het vinden, beschrijven en benoemen van organismen. 
												Taxonomie is een deelwetenschap van de (bio)systematiek, die de diversiteit en de verwantschap van de 
												talloze soorten organismen vanuit de evolutie onderzoekt. Een beoefenaar van de taxonomie wordt taxonoom genoemd.
												Taxonomieën worden aangepast naargelang er nieuwe waarnemingen of ontdekkingen (in de biologie bijvoorbeeld 
												van nieuwe soorten organismen) optreden. Op fundamenteler niveau kunnen, als gevolg van hierdoor nieuw gevormde 
												inzichten, ook de indelingsprincipes gewijzigd worden.
												Gebeurde in en na de tijd van Linnaeus alles op basis van uitwendige kenmerken, tegenwoorig hebben we DNA kennis
												opgebouwd. Dit heeft er voor gezorgd dat de laatste jaren vele nieuwe inzichten zijn ontstaan.
												
												
												DNA techniek heeft er voor gezorgd dat er soms hele andere verbindingen gelegd konden worden dan vroeger.
												Sibley-Ahlquist bv. publiceerden in 1990 'Phylogeny and classification of birds' een radicale omwenteling in het 
												denken over de indeling van de hedendaagse vogels. Deze nieuwe indeling kwam tot stand op grond van vergelijkend 
												onderzoek van DNA van vogels uit alle belangrijke groepen. Het was echter gebaseerd op DNA-DNA-hybridisatietechnieken, 
												die inmiddels alweer als achterhaald beschouwd worden. 
												In 2008 verscheen een nieuwe studie van vergelijkbare reikwijdte als die van Sibley-Ahlquist, maar nu gebaseerd 
												op vergelijking van individuele base-paren, wat de beschikbare hoeveelheid informatie veel groter maakt. 
												Een aantal resultaten van Sibley-Ahlquist werd er ook door bevestigd.
											
Het streven is een indeling van het leven te maken die de evolutionaire verwantschappen zo goed mogelijk weerspiegelt. Bij deze taxonomie is er uiteindelijk maar één stamboom die de juiste is, wat niet wil zeggen dat er dan geen discussie meer is over het toekennen van een rang aan de takken van de boom en het geven van namen daaraan.
Ontwikkelingen taxonomie.
						In de laatste decennia van het tweede millennium werd voor levende organismen een nieuwe bron van informatie gebruikt, namelijk de 
						vergelijking van sequenties van aminozuren in eiwitten of van nucleotiden in DNA of RNA (onderdeel van moleculaire data).
						
						Het indelen op grond van erfelijke eigenschappen moet niet verward worden met genetica, het bestuderen van deze erfelijke eigenschappen. 
					
Cladistiek.
Een andere ontwikkeling is die van de cladistiek. De opbouw van dit systeem geschiedt vanuit monofyletische taxa (meervoud van taxon). Dat wil zeggen dat:
Een taxon dat niet aan de eerste eis voldoet, is polyfyletisch en een taxon dat wel aan de eerste maar niet aan de tweede eis voldoet, is parafyletisch. Zowel polyfyletische als parafyletische taxa worden door cladisten als ongewenst beschouwd.
Verouderde inzichten.
Sommige taxa zijn zo ingeburgerd dat zij om die reden niet zijn afgeschaft. Een goed voorbeeld is de klasse Reptilia. Reptiel is een volledig ingeburgerd begrip en is deel van het dagelijks spraakgebruik geworden. Voor de pure cladisten is echter de klasse Reptilia onaanvaardbaar, omdat de vogels bijvoorbeeld erin ontbreken, terwijl ook zij afstammen van de laatste voorouder die de huidige slangen, hagedissen, brughagedissen, krokodillen en schildpadden gemeen hebben. Reptilia is dus een parafyletisch taxon.
												
												
												
  | 

Paradijsvogel
										Paradijsvogels (Paradisaeidae) zijn een familie van vogels uit de orde zangvogels, die vrijwel beperkt 
										is tot Nieuw-Guinea en omringende eilanden, en het noordoosten van Australië. Enkele soorten komen 
										ook op de Molukken voor. De paradijsvogels zijn uitgedost met zeer weelderige veren. Dit is het 
										resultaat van ver doorgeschoten seksuele selectie wat mogelijk was door het ontbreken van natuurlijke vijanden.  
										
										Meer...
									

De siberische husky.
										De Siberische husky is een hondenras behorend tot de pool- en keeshonden van het oertype. Van oorsprong is de 
										husky een werkhond,[1] gebruikt door Siberische nomaden om zich snel per slee over sneeuw en ijs te kunnen 
										voortbewegen. Toen omstreeks 1900 in Alaska wedstrijden met sledehonden in de belangstelling kwamen werd 
										de husky ook buiten Siberië ontdekt. Dankzij zijn dikke vacht kan hij uitstekend sneeuw en kou trotseren. 
										De husky heeft een atletische bouw en heeft veel beweging nodig.  
										
										Meer...
									

Dolfijn.
										Dolfijnen (Delphinidae) zijn een familie van in zee levende walvisachtigen. Ze worden ook wel dolfijnachtigen, 
										zeedolfijnen of echte dolfijnen (in tegenstelling tot de grondeldolfijnen) genoemd. Ze vormen een familie uit 
										de onderorde der tandwalvissen (Odontoceti) en komen voor in alle wereldzeeën. 
										Er bestaan ongeveer 36 soorten dolfijnen verdeeld over 16 geslachten. De kleinste dolfijn is de Havisidedolfijn, 
										met een lengte van 1,2 meter en een gewicht van 40 kilogram. De grootste dolfijn is de zwart-witte orka, waarbij 
										mannetjes tot 9,8 meter lang kunnen worden en 5,5 ton kunnen wegen.  
										
							
										Meer...
									

Glasvleugelvlinder.
										De glasvleugelvlinder (Greta oto) is een van de vreemdste en tegelijk prachtige insecten op de planeet. 
										Dat komt omdat het weefsel van zijn vleugels bruine randen heeft, maar de rest is doorzichtig.
										Deze eigenschap betekent dat, afhankelijk van waar hij poseert, zijn kleur “varieert.” Door de doorzichtige 
										vleugels hij gaat op in de achtergrond. Dit is een heel nuttige eigenschap als het om camouflage gaat.
										 
										Meer...
									

Mandarijnvis.
										De blauwe mandarijnpitvis (Synchiropus splendidus) is een pitvis die behoort tot het geslacht Synchiropus. 
										Deze vis leeft in het westen van de Grote Oceaan. Grofweg van Zuid Japan tot aan Zuid Australië.
										
										Een volwassen mandarijnvis is gewoonlijk zo'n 8 cm lang. De mannetjes zijn herkenbaar aan de puntvin op hun rug. 
										De huid van deze vis is bedekt met een vies smakend slijm, de felle kleuren waarschuwen roofdieren daarvoor.
										Ze leven in kleine groepjes dicht bij de zeebodem tussen het koraal. Hij is een populair aquariumdier, 
										maar zeer moeilijk te houden. 
										
										
										Meer...
									
Indeling van dieren
- Amfibieën- Reptielen
- Vissen
- Vogels
- Zoogdieren
- Ongewervelden - Armpotigen (Brachiopoda)
 
- Beerdiertjes (Tardigrada)
- Buikharigen (Gastrotricha)
- Corsetdiertjes (Loricifera)
- Fluweelwormen (Onychophora)
- Geleedpotigen (Arthropoda)
- Haakwormen (Acanthocephala)
- Hoefijzerwormen (Phoronida)
- Kelkwormen (Entoprocta)
- Kraagdragers (Hemichordata)
- Kransdiertjes (Cycliophora)
- Lancetvisjes (Cephalochordata)
- Manteldieren (Tunicata)
- Micrognathozoa
- Monoblastozoa
- Mosdiertjes (Bryozoa )
- Neteldieren (Cnidaria)
- Orthonectida
- Raderdieren (Rotifera)
- Ribkwallen (Ctenophora)
- Paardenhaarwormen (Nematomorpha)
- Peniswormen (Priapulida)
- Pijlwormen (Chaetognatha)
- Pindawormen (Sipuncula)
- Plakdiertjes (Placozoa)
- Platwormen (Platyhelminthes)
- Raderdieren (Rotifera)
- Rhombozoa
- Ringwormen (Annelida)
- Rondwormen (Nematoda)
- Snoerwormen (Nemertea)
- Sponzen (Porifera)
- Stekelhuidigen (Echinodermata)
- Stekelwormen (Kinorhyncha)
- Tandmondwormen (Gnathostomulida)
- Weekdieren (Mollusca)
- Xenacoelomorpha
Veel gelezen
							Het aquarium (meervoud aquaria of aquariums) is meestal een bak van glas, plexiglas of betonplex 
							met een glazen voorkant. Het doel is om in deze bak onderwaterflora en -fauna te houden en te verzorgen. 
							In een zoetwater aquarium kunnen dat zijn vissen, ongewervelde dieren en planten. 
							Een goed onderhouden aquarium is een levend schilderij, kleinere aquaria zijn er voor in de woonkamer of kantoor. 
							In de dierentuinen zijn hele grote aquaria meestal van beton met een glazen voorkant. 
							
							
								Meer...
							
						
							Het begrip habitat wordt vaak verward met het begrip biotoop. Een biotoop beschrijft het geografische 
							gebied waar een organisme leeft, terwijl een habitat uitgaat van de biotische en abiotische eisen van het organisme. 
							
							
								Meer...
							
						
							Het universum is alles van ruimte en tijd en hun inhoud, inclusief planeten, sterren, sterrenstelsels en 
							alle andere vormen van materie en energie. De oerknaltheorie is de heersende kosmologische beschrijving 
							van de ontwikkeling van het heelal. Volgens schattingen van deze theorie ontstonden ruimte en tijd 
							samen 13,799 ± 0,021 miljard jaar geleden en sindsdien is het heelal aan het uitdijen. 
							
							
								Meer...
							
						


